Caïro Correct: 5 perfecte dagen in de gestoordste stad van het Midden-Oosten

Uitzicht Citadel Cairo Egypte

 

Caïro is zo’n stad die door de doorsnee Egypteganger slechts één dag wordt aangedaan, en dan vooral uit plichtsgevoel omdat ‘je die piramides toch niet zomaar kan overslaan’. Tijdens mijn laatste bezoek aan Caïro was ik dan ook sterk geïnteresseerd in de ervaringen van de backpackers in het Holy Sheet Hostel (niet gesponsord, ik vond het er gewoon erg leuk; groet Mustafa voor me). Hun verhalen waren gemengd. Hoewel enkelen de chaos, warmte en levendigheid van de stad heerlijk vonden, wilde het gros van de reizigers zo snel mogelijk doorreizen naar Dahab om zich daar terug te trekken in veganistische backpackercommunes.

Na naar hun verhalen geluisterd te hebben, kwam ik tot de volgende conclusie: mensen doen Caïro verkeerd. Waarom?
1) Men wil te veel;
2) Men wil te snel;
3) Men is niet voorbereid op het zwerfafval en de (seksuele) intimidatie op straat;
4) Men verwacht de kwaliteit van thuis;
5) Men vraagt steeds naar de prijs van dingen en nodigt handelaren hiermee uit hen af te zetten.

Schijnbaar ingestorte daken Cairo Egypte
Rokende bergen afval Cairo Egypte
Zielig ezeltje in Stad der Doden Cairo Egypte

Als je niet uitkijkt, is bovenstaande het enige wat je er ziet.

Veel backpackers die wèl een poging wagen proppen hun dagen in Caïro op een bizarre manier vol. Ze knallen alle piramides er in één ochtend doorheen, gaan vervolgens in een legging en tanktop (mèt decolleté) naar Khan el-Khalili (de ‘kh’ spreek je uit als een Nederlandse ‘g’), dineren dan bij een spotgoedkoop straatrestaurant en brengen vervolgens de hele avond door op de wc, afgewisseld met uitdrogingsstuipen en migraineaanvallen. Ik vermoed dat dit ligt aan het hoofdstad-effect, het idee dat je je dagen zo vol mogelijk moet proppen omdat je anders tijd verspilt. Dat is immers ook wat je doet tijdens een citytrip in Londen, Parijs of New York. Caïro is echter te groot, te chaotisch en ja, te vies om die werkwijze niet aan te passen. Daarom heb ik voor jou, de groene Egypteganger, een reisplan opgesteld. Caïro is namelijk mijn lievelingsstad (a la, wellicht uit een soort stockholmsyndroom) en ik wil je graag laten zien waarom.

Dag 1 – Een goed begin is het halve werk:

De kans is groot dat je vliegtuig ’s avonds laat aankomt. Ik raad je aan gelijk op het vliegveld vijftig euro te wisselen/uit de muur te halen en een simkaartje te kopen bij de Orangekraam (Orange is na Vodafone de grootste telefoonmaatschappij van het land). Ja, dit duurt inderdaad onnodig lang; wen er maar vast aan. Met je nieuwe simkaart kun je gelijk een Uber bestellen. Heb je geen creditcard om aan de app te koppelen? Kies dan de optie ‘contant betalen’. De rit zal omgerekend ongeveer vijf euro kosten. Als je geen simkaartje wilt – de wat zweverigere backpackers hebben hier vaak een aversie tegen – zul je een taxi moeten aanhouden en ongeveer tien tot vijftien euro betalen.

Als je eenmaal bij je ho(s)tel bent gearriveerd, dat zich waarschijnlijk in de wijk ‘Downtown’ bevindt, en je je rugzak de gammele lift in hebt gesleept, die je waarschijnlijk zal doen vrezen voor je leven, check dan in en groet de andere backpackers die nog wakker zijn. Als je trek hebt, ga dan koesjari (klemtoon op ‘koe’) halen bij een tent die wordt aangeraden door de aanwezigen (niet Kazaz graag). Ook lekker is een verse mango- of suikerrietsap bij zo’n sapwinkel met hangende netjes fruit en een toonbank aan de weg. Als je bang bent voor diarree, ga dan naar een plek waar vrouwen en kinderen zitten (als moeders hun kinderen er mee naartoe durven te nemen…). Aangezien het zeer waarschijnlijk is dat je sinds je vlucht niets meer gedronken hebt en het eten je dus de muil uit zal stuiven, raad ik je aan eerst wat flessen water te kopen (en daarmee bedoel ik een stuk of vier per persoon; vijf giné – Egyptische ponden – per stuk).

Wat het kraanwater betreft, drink dit niet. Sommige backpackers volgen de in dit geval volkomen arbitraire en niet wetenschappelijke onderbouwde Mithridatische methode en nemen elke dag tijdens het douchen/tandenpoetsen een slokje water om hun darmen te trainen. Ik raad dit uiteraard af maar kan tegelijkertijd ook niet ontkennen dat ik toch altijd hoopvol probeer.

Kijk goed uit met oversteken. Als je interesse hebt in meer informatie over hoe je het Egyptische verkeer moet overleven, werp dan een blik op mijn reisverhalen in Caïro.

Dag 2 – Vuurdoop:

Vandaag zul je de sfeer van deze massastad proeven. Het wordt een heftig begin, dus hou je vast. Dames, zorg dat je je vandaag extra conservatief kleedt en een sjaal bij je hebt. Met ‘conservatief’ bedoel ik trouwens geen cultuurgevoelige Harry Potter-gewaden, want daarmee val je alleen maar op en dat is wel het laatste wat je vandaag wilt. Draag bij twijfel gewoon een spijkerbroek, gympen, een bloes of T-shirt en een dunne trenchcoat/lang vest dat je voorgevel en achterwerk bedekt. Heren: vandaag geen korte broeken, want je gaat naar een moskee.

Bestel een Uber of een Kareem – de Egyptische versie van Uber – en navigeer naar de Azhar-moskee. Treed de moskee binnen en geniet, maar niet voordat, dames, een medewerkster daar je hoofddoek op de juiste manier heeft vastgeknoopt en je maant een lange rok aan te trekken (hebben zij voor je). Als iemand je aanbiedt het gebed te bekijken, doe dit dan. Dames zullen naar het vrouwengedeelte worden gebracht. Laat een medewerker je (wees gerust, gratis) vertellen over de prominente rol die dit gebedshuis inneemt in de Egyptische samenleving.

Na het moskeebezoek ga je de markt op, zowel het toeristische Khan el-Khalili als de volksmarkt verderop. Ga zo veel mogelijk steegjes in, maar alleen als je er overdag bent; blijf ’s nachts op de grote wegen, zeker als je als vrouw alleen reist. Loop door het gebalk, getoeter en geschreeuw totdat iemand zegt dat hij hoofdpijn krijgt. Ga dan terug naar de moskee en ontspan in de Azhar-tuin, die op loopafstand ligt. Als je het park binnenloopt en linksaf slaat, vind je helemaal links een restaurant. Lunch daar. O, en dames in gezelschap, voel je niet beledigd als je genegeerd wordt door mannelijke medewerkers; onder conservatieve Egyptenaren wordt het als onbeleefd beschouwd om zomaar met een vrouw te praten die schijnbaar bij een andere man hoort.

De tijd gaat snel, dus na de lunch zal het opeens drie uur zijn, Bestel een Uber en ga naar de citadel van Salah al-Din. Maak foto’s van de moskeeën, het legermuseum en het ongelofelijke uitzicht en word net voor de zonsondergang weggestuurd door de bewaker. Sluit de dag af met een diner in Libanees restaurant Taboula (مطعم تبوله).

Dag 3 – De klassiekers:

Regel via het ho(s)tel een toer, het liefst met zoveel mogelijk andere backpackers, want dan kom je goedkoper uit. Betaal nooit meer dan vijftig euro per persoon, want dit is naar Egyptische maatstaven echt al een exorbitant bedrag. Houd je tevens verre van extreem joviale gidsen die zichzelf aanprijzen als ‘de beste gids van Caïro’ of een variant daarop; een goede gids vertelt je in plaats daarvan zijn curriculum vitae. Doe alle piramides in één keer: Giza, Saqqara en Dahsjoer. De kans is groot dat de gids een goed restaurant kent voor het middagmaal. Luister daarnaar, ook als het die van zijn neef is.

Ga die avond uit eten bij het klassieke volksrestaurant Kibdit il-Prince (مطعم البرنس). Bestel cola (lekker, want in Egypte wordt die met rietsuiker gezoet), rijst, molochía (vegetarisch, meng met de rijst) en een stoofpot (‘taagin’) met vlees (‘lahma’, niet vragen wat voor soort) en okra (‘bamja’).

Op kameel bij piramides van Giza Cairo Egypte

Doe na het eten een Stella/Saqqara-biertje bij de Rooftop Bar in Zamalek. Geniet in de lift naar boven van het saxofoondeuntje dat je daarna vaker zult horen, van supermarkten tot taxi’s.

Dag 4 – Twee soorten Caïro:

Je hebt hier twee opties. Eerst, het Egyptisch Museum en het Museum van de Egyptische Beschaving (het Mummimuseum) zijn zeker de moeite waard. Voor een een ander soort Caïro kun je echter een kijkje nemen in Garbage City, oftewel Zabbaleen. In deze Koptische wijk vindt de afvalverwerking van Caïro plaats. Loop rond en neem het recycleproces waar. Neem tenslotte een tuktuk naar de grotkerk op de heuvel.

’s Middags ga je naar Zamalek, het groene eiland in de Nijl voor Egyptes welgestelden. Voor de lunch raad ik een broodje shoarma bij een van twee filialen van Sag & Shawarma (صاج وشاورما) aan en/of een samengestelde salade bij Saladero. Loop er daarna rond en ga winkelen. Ikzelf ga graag naar ‘normale dingen’ in het buitenland, zoals supermarkten en tuincentra. In Zamalek is er voor ieder wat wils, van tuinen en musea tot antiekwinkeltjes en door reusachtige betonnen muren omringde ambassades, bewaakt door zwaarbewapende tieners. Voor een leuk, bruin boekencafé kun je naar Sufi (صوفي) gaan, en voor een rustig plekje met (betrekkelijk) goed internet, l’Aroma. Weet trouwens dat je in Egyptische cafés mag roken. Ben jij zo iemand die dan demonstratief gaat hoesten? Blijf dan gewoon thuis; door de luchtvervuiling rook je toch al een pakje per dag. Ook leuk is boekhandel Diwan, vooral als je Arabisch aan het leren bent en (kinder)boeken zoekt om mee te oefenen, maar ook gewoon als je wat (Engelstalig) leesmateriaal zoekt.

Dineer die avond in welk restaurant dan ook. Zamalek heeft veel goede plekken. Als je van feesten houdt, ga dan ’s avonds uit in de Cairo Jazz Club (in Agouza) of in The Tap (twee filialen in de woestijn).

Dag 5 – Rustdag:

Vandaag neem je afstand van alle drukte van Caïro en staat er lichaamsbeweging op het programma. Zorg dat je hier de koelste en meest bewolkte dag voor uitkiest. Hussel wat in het programma als de weersverwachting meldt dat het op dag vijf veertig graden wordt. 

Sta vroeg op en kleed je goed aan (daarmee bedoel ik: dunne maar bedekkende kleding, een hoed of sjaal mee om over je hoofd en nek te knopen en dichte schoenen). Breng een rugzak mee met daarin van dat platte brood dat op straat wordt verkocht (maximaal 20 giné per zak), vers fruit, zo’n blauw pak met roomkaasjes van het merk ‘Kiri’ en wat noten. Belangrijk: neem genoeg water mee, als het warm is op z’n minst twee grote flessen per persoon! Zorg bovendien dat je mobiel goed opgeladen is en dat je genoeg contanten (ook kleine biljetten) bij je hebt. Als je een milieuactivist bent, neem dan een stel vuilniszakken mee om eventueel zwerfvuil op te rapen. Navigeer naar het protectoraat Wadi Degla. Als de chauffeur vraagt of je naar ‘Nadi (de voetbalclub, spreek uit: ‘neddie’) Wadi Digla’ wilt, zeg dan ‘nee’. Je wilt namelijk naar de ingang van het natuurgebied. Als hij dit niet begrijpt, vertaal dit dan met Google Translate.

De vallei, waarvoor je als buitenlander twintig giné toegang moet betalen, is enorm groot. De linkerzijde is de onherbergzame route met het beste uitzicht. Deze zijde van de vallei beklimmen is zwaar en er zijn geen vaste paden, dus wees voorzichtig. Neem de tijd om een goed beginpunt te vinden en betreed deze kant niet als je mensen bij je hebt die gammel ter been zijn of gewoon veel zaniken. De rechterzijde van de vallei wordt de atletische route genoemd, maar is meer bedoeld voor mensen die bijvoorbeeld willen hardlopen. Deze zijde is relatief makkelijk te beklimmen met een reeds belopen pad. Als je eenmaal boven bent hoef je simpelweg de vallei te volgen. Onthoud goed waar de ingang van het protectoraat is en doe geen domme dingen; ik heb geen zin om door je ouders voor de rechter gesleept te worden als jij tragisch om het leven ben gekomen nadat je weer zo nodig handstanden moest maken op een afgebrokkelde rand. Geniet van de rust, het uitzicht en het gesuis van de wind. Bewonder de witte schelpjes, die doen herinneren aan de rivier die millennia geleden van het woestijnlandschap een vallei heeft gemaakt. Als je gaat klimmen, voel met iedere stap of de rots waarop je je voet plaatst wel echt een rots is en vastzit; je bent in de woestijn, dus alles verschuift.

Als je uitgewandeld bent, bestel dan een Uber naar je ho(s)tel om te douchen. Ga daarna uit eten bij Abou Youssef el-Soury. Afhankelijk van de groepsgrootte, bestel een grote fattoush-salade (spreek uit: fattoesj), kofta (gekruide gehaktstaafjes), sjisj tawoeq (gegrilde kip) en/of kebab dani (lamskebab). Deel het liefst met je medereizigers en bestel één hoofdgerecht minder dan jullie aantal, want de porties zijn groot en je krijgt veel bijgerechten. Laat het je opvallen dat de medewerkers de Arabische muziek inmiddels hebben omgezet naar Engelse, speciaal voor jou. Als toetje bestel je thee en koenafa (künefe). Als ze vragen welke soort je wilt, zeg dan: ‘met kaas’.

Wadi Degla protectoraat Cairo Egypte

 

Wat laatste adviezen

Bovenstaand programma is geen garantie dat je van Caïro zult genieten. Wel kun je dan met zekerheid zeggen dat je het in ieder geval hebt geprobeerd. Voor optimaal reisgemak, houd de volgende tips in je achterhoofd:

  • Veel kraampjes op straat hebben geen tot weinig wisselgeld en zullen je grote biljetten weigeren. Zorg daarom dat je af en toe ergens uit eten gaat en dan je grote geld ‘breekt’. Je kunt vrijwel nergens pinnen.
  • Probeer niet té enthousiast om je heen te kijken, met je iPhone 12 te zwaaien of gigantische hoeveelheden geld te tellen in het openbaar. Dan kom je namelijk niet alleen over als een simpele ziel die zijn rijkdom in anderen hun gezicht wrijft, maar loop je bovendien het risico afgeperst of beroofd te worden. Op zich is Caïro geen gevaarlijke stad, maar je hoeft het lot niet te tarten.
  • Negeer iedereen die je op straat aanklampt in toeristische gebieden, ook als de man in kwestie zegt dat hij heus geen geld hoeft, alleen zijn Engels wil oefenen of een beoordeling op zijn website van je wil. Ik weet dat dit moeilijk is, maar ieder antwoord behalve ‘nee, bedankt’ leidt ertoe dat je je met veel moeite van hem zult moeten losscheuren. Buiten de toeristische gebieden kun je naar hartelust vriendschappen sluiten. Egyptenaren zijn ontzettend gezellige, grappige en gastvrije mensen.
  • In plaats van te vragen hoeveel iets kost, geef liever gewoon een bedrag dat je redelijk lijkt en kijk of ze er iets van zeggen. Hiermee kom je ervarener over. Realiseer je wel dat geïmporteerde producten Nederlands geprijsd kunnen zijn.

Succes en vooral heel veel plezier!

 

Bedankt dat je deze blogpost hebt gelezen. Als je me wilt steunen, zou ik het enorm op prijs stellen als je me op een koffie wilt trakteren.